Sociale media en de preventiemedewerker gaan prima samen. Sterker nog: de preventiemedewerker kan tijdens zijn werk handig gebruik maken van alle mogelijkheden die sociale media bieden. Een handleiding om van start te gaan en verder te komen.
Wie met arbo en veiligheid bezig is, doet ‘ernstig’ werk. Sociale media zijn volgens velen in ons vakgebied spielerei, of zelfs regelrecht tijdsverlies. Zo lopen we jammer genoeg binnen arbo een achterstand op. RI&E en sociale media in één titel is geen contradictie. De termen zijn complementair. Sociale media zullen namelijk blijven en deel worden van ons professionele leven.
De preventiemedewerker en sociale media
In grote lijnen kan een preventiemedewerker op drie verschillende wijzen gebruik maken van sociale media:
- Interne communicatie: deze media helpen ons om intern te communiceren met medewerkers en hiërarchische lijn. Om hen te winnen en overtuigen van veiligheid.
- Kennisnetwerking: in vele bedrijven sta je er alleen voor als arbo- of veiligheidsprofessional. Vaak zelfs met maar een beperkt aantal uren van je werkweek. Het snel contacten kunnen leggen en advies vragen van collega’s in andere bedrijven of sectoren is dan een gigantische troef.
- (Gratis) Informatiewerving: alles, maar dan ook alles is zomaar terug te vinden op het web. Een beetje surfen en je vindt die grenswaarden, formule, geniale foto of sensibiliserend filmpje voor in je cafetaria. Voor een vakgebied dat het moet stellen met beperkte budgetten is dat een grote troef.
De gebruiksladder van sociale media
Iedere preventiemedewerker kent de veiligheidsladder van Hudson. De sociale media hebben ook een ladder. Je stapt niet aan boord om direct het grote woord te voeren. Voor je zover bent, heb je een groeiproces doorlopen.
Veel mensen hebben schrik om aan sociale media te beginnen, omdat ze met een drietal basisvragen rondlopen:
- Alles wat ik vertel, is open en bloot toegankelijk.
- Hoeveel tijd ga ik er insteken?
- Ik heb geen controle over wat er gezegd wordt.
Vandaar dat het goed is om te beseffen dat je dit groeiproces moet doormaken. Vergelijk het met naar de kroeg gaan. Je gaat de eerste keer een kroeg binnen en gaat aan de bar zitten. Je luistert wat en kijkt rond. De tweede avond ga je terug en je herkent bepaalde stamgasten van de dag ervoor. Soms pik je al eens in een conversatie in. Kort, beleef en correct. En de derde avond start je zelf al een conversatie. Waar anderen op inhaken.
Ditzelfde groeiproces maak je online mee. In een eerste fase lees je. Je ergert je of knikt begrijpend, maar je beperkt je tot lezen. In een tweede fase reageer je in een bestaande discussie. Met dezelfde spelregels als in de kroeg. Je ROEPT NIET, blijft beleefd, en bovenal… je reageert nooit op die straalbezopene. Als er iemand onzin zit uit te kramen, je persoonlijk aanvalt of scheldt, negeer je die. Tenslotte, in de derde fase, start je zelf discussies op. Je vraagt openlijk opinies en assistentie van de anderen in de kroeg. Je bent een stamgast geworden.