Pesten aanpakken in 13 tips
Eén op de acht mensen wordt gepest op hun werk, wat zorgt voor 4 miljoen verzuimdagen per jaar. Wat kun je doen als je gepest wordt? Of als je collega doelwit is? Deze veertien tips helpen pesten echt aanpakken.
Wat kan ik doen als...
Ik gepest wordt op mijn werk?
1. Trek een grens. Hoe eerder je dit doet, des te meer kans dat het pestgedrag stopt.
2. Bespreek het gedrag met de pester. Blijf rustig en praat vanuit de ik-vorm: “ik vind het vervelend dat…”. Soms realiseert de pester zich niet wat voor effect zijn/haar gedrag op jou heeft en kan de situatie worden opgelost door een goed gesprek.
3. Praat erover met iemand die je vertrouwt. Dit kan zowel iemand van binnen (intern) als iemand van buiten (extern) de organisatie zijn.
4. Leg de situatie vast en zoek hulp. Leg gebeurtenissen vast. Schrijf op wat het pestgedrag inhoudt, wat je tot nu toe hebt gedaan om het pestgedrag tegen te gaan, wanneer, met wie en waar. Dit ‘archief’ kan helpen als je in gesprek gaat met een (externe) hulpverlener of instantie die je kan helpen om het pestgedrag op je werk tegen te gaan.
5. Maak een melding. Als het niet is gelukt voorgaande stappen uit te voeren, dan is het in elk geval belangrijk om wel melding te maken van het pesten, bijvoorbeeld bij de leidinggevende, het bedrijfsmaatschappelijk werk, de vertrouwenspersoon, de bedrijfsarts of de ondernemingsraad. Je kunt, indien aanwezig, ook een klacht indienen bij de klachtencommissie. Een vakbond, ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging kan een klacht indienen bij de Inspectie SZW. De Inspectie SZW neemt deze klachten altijd in behandeling. Meldingen of klachten van werknemers worden door de Inspectie SZW betrokken in de risico-analyses, om te bepalen bij welke bedrijven en sectoren de Inspectie gaat controleren. Indien de situatie lang aanhoudt en (nog) niet is opgelost overweeg dan juridische hulp via bijvoorbeeld je rechtsbijstandverzekering of de rechtswinkel.
Mijn collega wordt gepest?
1. Spreek de pester aan op zijn gedrag. Hoe langer de situatie voortduurt, hoe moeilijker het is om een goede oplossing te vinden. Daarom is het belangrijk om de pester zo snel mogelijk aan te spreken op zijn of haar gedrag. Vind je dit lastig? Dan kun je met andere collega’s de situatie bespreken en met elkaar bedenken hoe jullie de pester het beste kunnen aanspreken. Samen sta je sterker. Als er een vertrouwenspersoon is in de organisatie, kan je hem of haar ook om advies vragen.
2. Steun de gepeste. Steun bieden kan op allerlei manieren, maar het begint in elk geval met een luisterend oor bieden aan de gepeste. De volgende praktische tips kunnen helpen:
- Neem de gepeste serieus
- Toon medeleven met de gepeste, maar overdrijf het niet.
- Probeer goed te luisteren naar de gepeste en kijk wat jij zou kunnen doen, of waar de gepeste hulp bij moet inschakelen van anderen.
Naast dat je een luisterend oor biedt, zijn er ook andere manieren om de gepeste te steunen. Hierbij kan je de volgende praktische tips gebruiken:
- Vraag de gepeste mee te denken hoe het pestgedrag gestopt kan worden.
- Vraag wat de gepeste zelf al geprobeerd heeft of wil doen om het pestgedrag te stoppen.
- Verwijs de gepeste voor hulp door naar een interne of externe partij.
3. Maak het pestgedrag bespreekbaar. Bespreek het pestgedrag, als dat kan, eerst met de desbetreffende leidinggevende van het team, afdeling of organisatie waar de pesterijen zijn voorgekomen. Als de leidinggevende de pester is, bespreek het dan zo mogelijk met je team, een andere leidinggevende of HR, of een vertrouwenspersoon of een bedrijfsmaatschappelijk werker. Het is belangrijk om tijdens de groepsgesprekken concrete afspraken te maken om het pestgedrag te stoppen en in de toekomst te voorkomen. Vragen die hierbij aan de orde kunnen komen zijn: Wat gaat er gebeuren om pestgedrag te stoppen en te voorkomen? Wie gaat wat doen? Wanneer? En hoe? Soms is het noodzakelijk om maatregelen te nemen op organisatieniveau. Probeer in gesprek te gaan met de HR-manager of een leidinggevende die mandaat heeft om maatregelen in te voeren tegen pesten. Of bespreek het met de OR in het geval van structurele problemen.
4. Maak een melding. Als het niet is gelukt voorgaande stappen uit te voeren, dan is het in elk geval belangrijk om wel melding te maken van het pesten. Een melding kan bijvoorbeeld worden gemaakt bij de leidinggevende, het bedrijfsmaatschappelijk werk, de vertrouwenspersoon, de bedrijfsarts of de ondernemingsraad Je kunt, indien aanwezig, ook een klacht indienen bij de klachtencommissie. Een vakbond, ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging kan een klacht indienen bij de Inspectie SZW. De Inspectie SZW neemt deze klachten altijd in behandeling. Meldingen of klachten van werknemers worden door de Inspectie SZW betrokken in de risico-analyses, om te bepalen bij welke bedrijven en sectoren de Inspectie gaat controleren.
Ik als leidinggevende pestgedrag wil aanpakken?
1. Stel de norm. Het is bewezen dat duidelijkheid over welk gedrag onacceptabel is en een zero tolerance-beleid preventief werken. Maak daarom duidelijke afspraken en leg deze vast in een gedragscode en een protocol. Stel (met elkaar) vast:
- wat de organisatienorm van acceptabel gedrag is
- welk gedrag wel en welk gedrag niet wordt geaccepteerd
- hoe er op wordt toegezien dat dit wordt nageleefd
- welke maatregelen of sancties volgen als er toch wordt gepest (je zou kunnen denken aan het geven van een officiële waarschuwing of een schorsing bij voortduring)
Zorg voor een duidelijke en heldere infrastructuur (zoals een vertrouwenspersoon en/of een klachtencommissie)
2. Draag de norm uit. Breng leidinggevenden en medewerkers op de hoogte van het protocol, de norm en de afspraken via een informatiebijeenkomst, intranet, mail en/of via posters e.d.. Train managers en leidinggevenden, zodat zij pestgedrag herkennen en weten wat ze kunnen doen.
3. Geef het goede voorbeeld. Vertoon geen gedrag dat onacceptabel is volgens de met elkaar afgesproken organisatienorm. Laat daadwerkelijk zien hoe het hoort.
4. Grijp in en onderneem actie. Ga eerst in gesprek met zowel de gepeste als met de pester(s). Spreek de pester aan op zijn gedrag en tref sancties. Mocht het niet duidelijk zijn wie de gepeste en/of pester(s) zijn ga dan in gesprek met teams en afdelingen. Als de pester een collega-leidinggevende is, spreek deze dan aan op zijn gedrag. Schakel eventueel een hogergeplaatste in. Houd vinger aan de pols. Denk niet te snel dat het is opgelost. Vervolgens kan je het protocol dat is geschreven om pesten te voorkomen en aan te pakken nogmaals uitdragen in de organisatie. Herhaal de gemaakte afspraken. Organiseer bijvoorbeeld een bijeenkomst voor medewerkers. Tijdens deze bijeenkomst kan (nogmaals) worden uitgelegd wat pesten is en waaraan je het kan herkennen. Attendeer medewerkers en leidinggevenden op stap 1 en stap 2 uit de wegwijzer pesten.
Meer tips
Kijk voor meer tips om pesten op de werkvloer te stoppen op stoppestennu.nl en bekijk onderstaande film.