Zo ga je in gesprek met de bedrijfsarts

Als preventiemedewerker heb je de taak om nauw samen te werken met de kerndeskundigen, waaronder de gecertificeerde bedrijfsarts. Hoe ga je de samenwerking invullen? Begin met een goed gesprek en stel veel vragen. Hieronder wordt een reeks vragen genoemd, die je kunt gebruiken om meer te weten te komen over het werk van de bedrijfsarts binnen je organisatie. 

Vragen

De volgende vragen kun je bijvoorbeeld aan de bedrijfsarts stellen:

  1. Wat zijn de belangrijkste werkgebonden oorzaken van ziekteverzuim in onze organisatie volgens jou?
  2. Zijn het afgelopen jaar beroepsziekten gemeld? Zo ja, kun je wat vertellen over het type beroepsziekten?
  3. Wat is bij onze organisatie jouw belangrijkste taak in de verzuimbegeleiding? Waar ben je tevreden over? Wat kan beter?
  4. Welke preventietaken heb je het afgelopen jaar uitgevoerd voor onze organisatie? Welke preventietaken zou je nog meer kunnen uitvoeren?
  5. Hoe vaak is gebruik gemaakt van het preventieve arbeidsomstandighedenspreekuur? Kun je wat opvallende thema’s aangeven?
  6. Hoe vaak is gebruik gemaakt van het second opinion? Wat zijn je ervaringen hiermee?
  7. Wat zijn de sterke en de zwakke punten van het arbo- en ziekteverzuimbeleid in onze organisatie?
  8. Wat zou onze organisatie in de komende periode moeten ondernemen op het gebied van het arbo- en ziekteverzuimbeleid?

Nog meer?

Zie de genoemde vragen als een voorbeeld, waar je ideeën uit kunt putten. De ene vraag is meer relevant voor je praktijk dan de andere. Het blijft altijd maatwerk. Is het verzuim onlangs enorm gestegen, dan stel je daar gerichte vragen over. Is er onlangs een periodiek arbeidsgezondheidskundig onderzoek (PAGO) of preventief medisch onderzoek (PMO) uitgevoerd, dan is dat een mooie aanleiding voor een gesprek. Zijn er problemen met werktijden of bijvoorbeeld gevaarlijke stoffen, dan richt je jouw vragen uiteraard op deze thema’s.

Structureel overleg

Laat het niet bij één gesprek, maar plan ieder kwartaal of twee keer per jaar een overleg. Bijvoorbeeld: in het eerste kwartaal bespreek je de opgestelde verzuimanalyse, het tweede kwartaal doe je samen met de bedrijfsarts een rondgang, het derde kwartaal bespreek je wederom het verzuim en actuele kwesties, het vierde kwartaal ga je in op de risico-inventarisatie en evaluatie (RI&E).

In gesprek met de andere kerndeskundigen

Naast de bedrijfsarts kent de Arbowet meer kerndeskundigen. Het gaat om de hogere veiligheidskundige, de arbeidshygiënist en de arbeid & organisatie(A&O)-deskundige. De kerndeskundigen zijn in dienst van een gecertificeerde arbodienst, maar kunnen ook zelfstandig als gecertificeerde deskundige werken. De namen geven in feite de expertise van de betreffende kerndeskundige al aan: de hogere veiligheidskundige houdt zich bezig met veiligheidsthema’s, zoals brand en explosie en machineveiligheid. De arbeidshygiënist gaat meer gezondheidsaspecten: waar sta je aan bloot? Denk bijvoorbeeld aan gevaarlijke stoffen, de klimaatbeheersing en de inrichting van werkplekken. De A&O-deskundige weet veel over het thema psychosociale arbeidsbelasting. Ga dus niet alleen in gesprek in de bedrijfsarts. Wil je meer weten over de werkstress in je organisatie dan is de A&O-deskundige ook een interessante gesprekpartner. Zijn er metingen nodig van geluid of gevaarlijke stoffen dan kun je beter bij de arbeidshygiënist of hogere veiligheidskundige terecht.

Voorbereiding

Bereid het gesprek goed voor. Raadpleeg zo mogelijk medewerkers of de OR. Weten zij de bedrijfsarts goed te vinden? Hebben zij specifieke vragen over de rol van de bedrijfsarts in het ziekteverzuim- en arbobeleid? Zorg ook dat je het contract met de bedrijfsarts of arbodienst van tevoren hebt bestudeerd. Dat levert vast nog meer vragen op. Daarbij is het goed om te weten welke zaken geregeld moeten zijn in het basiscontract arbozorg/ arbodienstverlening.

Onderdelen basiscontract arbodienstverlening

De werkgever is wettelijk verplicht om zich bij te laten staan door een bedrijfsarts, hogere veiligheidsdeskundige, arbeidshygiënist of de arbeids- en organisatiedeskundige voor de volgende taken: 

Het basiscontract behoort een klachtenprocedure te bevatten. De klachtenprocedure (vaak een bijlage) beschrijft hoe en waar medewerkers eventuele klachten over de dienstverlening kunnen indienen. Daarnaast moeten in het basiscontract een aantal specifieke bepalingen opgenomen zijn wat betreft de bedrijfsarts. Het gaat om de volgende zaken:

  • Arbeidsomstandighedenspreekuur

Het arbeidsomstandighedenspreekuur is een verplicht onderdeel van de contractafspraken. Hoe de toegang tot de bedrijfsarts geregeld is, leg je vast in het contract. De toegang moet rechtstreeks en anoniem mogelijk zijn! Laagdrempeligheid is belangrijk. Welke ideeën heeft de bedrijfsarts om dit goed in te richten?

  • Overleg met de OR en de preventiemedewerker

In het contract moet omschreven worden hoe het overleg van de bedrijfsarts met de OR en met de preventiemedewerker is geregeld. Er moet een nauwe samenwerking zijn. Hoe geven jullie daar invulling aan?

  • Toegang tot de werkplek

In het contract moet geformuleerd zijn hoe de toegang van de bedrijfsarts tot de werkplek geregeld is. Goed om daar eigen ideeën over te hebben. Welke werkplekken moet de bedrijfsarts volgens jou zien? Waarom? Gaat je mee?

  • Second opinion

Een medewerker heeft recht op een second opinion bij een bedrijfsarts van een ander bureau. Maak daarover goede afspraken in het contract. 

  • Advisering over preventie

De advisering door de bedrijfsarts over preventie aan de werkgever moet in het contract omschreven zijn. Maak daarover goede afspraken. Hoe ziet de bedrijfsarts dat?

  • Melden beroepsziekten

De bedrijfsarts moet tijd kunnen besteden aan het opsporen, onderkennen, diagnosticeren en melden van beroepsziekten. Het is handig om daar voldoende tijd voor te reserveren in het contract. 

Rollen en verantwoordelijkheden