Flexibel werken: Nederland loopt achter op West-Europese landen
Flexibel werken is bij Nederlandse ondernemingen redelijk ingeburgerd. Ruim twee derde van de bedrijven geeft haar personeel, of bepaalde groepen werknemers, de kans om flexibel te werken. Nederland blijft daarmee achter op andere West-Europese landen. Dat blijkt uit een onderzoek van HR-dienstenleverancier SD Worx.
Van de Nederlandse werknemers kan 72 procent flexibel werken. Daarmee omarmen Nederlandse bedrijven het nieuwe werken. 35% van alle Nederlandse bedrijven laat zelfs alle werknemers kiezen waar en/of wanneer ze willen werken. Of het nu thuis, op een flexibele werkplek of op kantoor is. De overige 37% laat dit toe voor bepaalde werknemers. De mogelijkheid om flexibel te kunnen werken, is meestal gebaseerd op het functietype van de werknemer (57%).
Van alle onderzochte landen is het Verenigd Koninkrijk de nummer één voor flexibel werken. In totaal biedt 83% van de Britse bedrijven hun personeel of bepaalde groepen werknemers één of meer flexibele arbeidsmogelijkheden aan. In Frankrijk en België bedraagt dit percentage respectievelijk 78% en 76%. Duitsland eindigde met 75% en Nederland scoorde het laagst met slechts 72%.
In alle onderzochte landen zijn flexibele werktijden het populairst in Duitsland. Maar liefst 80% van de bedrijven biedt daar flexibele start- en eindtijden aan hun werknemers aan. In Nederland biedt daarentegen 36% van de bedrijven flexibele werktijden aan. Hier is thuiswerken juist de meest voorkomende vorm van flexibel werken (51%).
De online survey werd opgesteld door specialist in tijdsregistratie en personeelsplanning Protime in opdracht van HR-dienstenleverancier SD Worx. De survey werd door 502 senior professionals uit België, Frankrijk, Duitsland, Nederland en het Verenigd Koninkrijk ingevuld. De steekproef is representatief voor de specifieke lokale arbeidsmarkten.
Bron: SD Worx