Zwaarwerkregeling vaker in nieuw cao
Het vroegpensioen voor werknemers met een zwaar beroep was een heet hangijzer bij de totstandkoming van het pensioenakkoord in 2019. Vanaf begin dit jaar kunnen werknemers in bepaalde sectoren gebruik maken van de Regeling Vervroegde Uittreding. In meerdere sectoren is de regeling opgenomen in een nieuw cao. Zo is bij het opstellen van een nieuw cao in de sector Beroepsgoederenvervoer opgenomen dat er een zwaarwerkregeling wordt afgesproken.
Naast de loonsverhogingen en de verbeterde arbeidsvoorwaarden is in het nieuwe cao voor de sector Beroepsgoederenvervoer opgenomen dat er een zwaarwerkregeling wordt afgesproken om het mogelijk te maken eerder te kunnen stoppen met werken voor werknemers in zware beroepen. Die zwaarwerkregeling valt onder de Regeling Vervroegde Uittreding (RVU). Met deze regeling kunnen werknemers met een zwaar beroep vervroegd met pensioen. Werknemers kunnen maximaal drie jaar voor hun AOW-leeftijd stoppen en daar 1847 euro bruto per maand voor krijgen van hun werkgever.
Speciale regeling
De RVU is bedacht omdat de pensioenleeftijd stijgt, terwijl niet iedereen zo lang kan doorwerken. Vakbonden wilden daarom een speciale regeling voor zware beroepen. Maar ze konden het niet eens worden met bedrijven en de politiek over wat precies een 'zwaar beroep' is. In het pensioenakkoord van 2019 werd daarom afgesproken dat werkgevers en werknemers samen bepalen of de RVU voor hun branche geschikt is en in de cao moet komen. De sector Beroepsgoederenvervoer voegt zich bij andere sectoren, waaronder de schoonmaaksector en de sector Sociale Werkvoorziening, waar werknemers met een lang dienstverband ook in aanmerking komen voor de RVU.
In het pensioenakkoord is een afspraak gemaakt dat het bedrag dat de werkgevers betalen om iemand eerder te kunnen laten stoppen onder voorwaarden, voor het deel ter grootte van het AOW-bedrag boetevrij mag worden uitgekeerd. Op die manier kunnen mensen 3 jaar eerder met pensioen. In de cao Beroepsgoederenvervoer is deze zwaarwerkregeling afgesproken en daarbij is tijdens de onderhandelingen gekeken naar een bedrag dat nodig zou zijn om dit te gaan bekostigen op een solidaire manier. Dus alle werkgevers in de sector dragen bij om de regeling mogelijk te maken. Om te zorgen dat als je bij een kleiner bedrijf werkt de regeling onder de gestelde voorwaarden ook voor jou toegepast kan worden, is er gekozen voor dit solidaire systeem.
Bron: FNV