Wim van Alphen weet wel raad met de RI&E

Een nieuw handboek
Dianne Verhage en Wim van Alphen

Wim van Alphen, directeur van Stichting Post Hoger Onderwijs Veiligheidskunde (PHOV) schreef samen met Dianne Verhage, coördinator van Arbo- en veiligheidskundiggerichte opleidingen, het Handboek Risicobeheersing. Een stappenplan voor het maken van een RI&E. Het boek beschrijft aan de hand van een helder stappenplan hoe een risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) kan worden uitgevoerd. De auteur van het boek aan het woord.

“Het aantal bedrijfsongevallen wordt jaarlijks geschat op 220.000. Deze gaan gepaard met verschillend letsel, van schaafwondjes tot aan ernstige ongelukken die fataal aflopen. Zo’n 20.000 mensen moeten na een ongeval op het werk naar de spoedeisende hulp en er sterven zelfs 80 mensen per jaar na een bedrijfsongeval. daarnaast zijn er mensen die pas na tien, twintig of zelfs dertig jaar de (gezondheids)effecten merken van het werk dat ze vroeger hebben gedaan. Dat kan zijn dat je vroeger altijd bent blootgesteld aan een te hoog geluidsniveau en later doof bent geworden of met chemicaliën hebt gewerkt en daar later ernstige gezondheidsklachten aan overhoudt. Die gevallen herleid je bijna niet meer naar het werk dat vroeger is gedaan, maar het staat er wel mee in verband.

Dit zijn heftige cijfers en je kunt eruit opmaken dat een RI&E een goed instrument kan zijn om dit soort situaties te voorkomen. Het in kaart brengen van de risico’s op de werkvloer is daarbij niet alleen van belang voor de medewerkers, maar ook voor het bedrijf. Als er een bedrijfsongeval plaats vindt op de werkvloer, dan veroorzaakt dat een verstoring van het bedrijfsproces.”


In Nederland is arbo in het verleden heel zwaar aangezet. Als gevolg hiervan hebben bedrijven de RI&E ervaren als een zwaarlijvig document en meer als een bureaucratische verplichting dan als een instrument met toegevoegde waarde. Bedrijven nemen de RI&E niet altijd meer serieus. En dat is heel jammer, volgens Wim van Alphen.
 

“Sommige branche-RI&E’s zijn meer afvinklijstjes geworden waar verder niet veel mee gedaan wordt. Zo wordt een prachtig instrument uitgehold. Die ontwikkeling is een van de aanleidingen om het boek te schrijven. Bovendien blijken veel mensen niet goed te weten hoe ze een RI&E moeten uitvoeren. Er was behoefte aan een leidraad en dat werd een handboek. Wij hebben vooral beschreven hoe een RI&E ook daadwerkelijk bij kan dragen aan het beter functioneren van het bedrijf en daardoor meerwaarde heeft. Dit handboek zoomt daarom niet alleen in op de RI&E als rapport voor zaken die niet in orde zijn, maar ook op de mogelijkheden mensen beter te laten presteren in een bedrijf. Immers, als je betere arbeidsomstandigheden creëert, dan voelen mensen zich prettiger, groeit hun betrokkenheid bij het bedrijf, worden ze creatiever en komen zelf met goede ideeën. En van goede ideeën moeten we het in Nederland als kenniseconomie steeds meer hebben. 
Mensen moeten lekker in hun vel zitten, de werkomstandigheden moeten optimaal zijn zodat ze gestimuleerd worden. Die RI&E is er dus niet alleen om ongevallen en sluipende effecten te voorkomen en ziekteverzuim tegen te gaan, maar juist ook om de bedrijfsproductiviteit te stimuleren. Verschillende bedrijven zien dit al in, maar veel bedrijven zien de RI&E nog steeds als last, en dat moeten we zien om te buigen naar lust.”

 

Waarom zien bedrijven de RI&E als een last?

“Een RI&E is vaak een negatief rapport over wat er niet klopt in een bedrijf. Vroeger werd het wel ‘de betaalde belediging’ genoemd. Wij denken dat we vooral moeten kijken naar de mogelijkheden meerwaarde te creëren voor medewerkers en het bedrijf. Kijk naar de punten die nog niet op orde zijn en buig die om naar verbeterpunten die ook iets opleveren. En roep niet alleen wat er niet deugt maar draag ook oplossingen aan voor verbetering.“


Wat zijn de valkuilen bij de totstandkoming van een RI&E?

 

“Een van de valkuilen is dat een medewerker van een afdeling P&O of HRM voor het hele bedrijf de RI&E ‘even’ invult, zoals hij of zij voor het hele bedrijf de risico’s inschat. In een aantal branche-RI&E’s werkt het zo, maar dat is nooit de bedoeling geweest. In een RI&E draait het vaak om zaken die vanuit verschillende perspectieven bekeken dienen te worden en dat kan niet door slechts één persoon voor iedereen in de organisatie worden ingevuld. Het beeld dat je krijgt vanuit dat ene perspectief zegt niet veel. De mensen op de werkvloer zijn degenen die in aanraking komen met bijvoorbeeld gevaarlijke stoffen, geluidsoverlast, machines en andere gevaarbronnen. Veel van die medewerkers weten maar al te goed met wat voor gevaren zij te maken hebben, welke risico’s zij kunnen lopen en hoe deze zijn te verminderen. Het zou dan ook fantastisch zijn als de ervaring van die medewerkers wordt meegenomen in het rapport zodat de situatie op de werkvloer ook echt optimaal verbetert.


Die branche-RI&E’s die uit niet méér bestaan dan een afvinklijstje en die als een verplicht nummer worden afgewerkt kun je vergelijken met een taart die slechts uit één ingrediënt bestaat. Voor een goede taart zijn meer ingrediënten nodig. Je hebt meer middelen nodig voor een goede RI&E, zoals gesprekken, een rondgang en werkobservaties.


Een andere valkuil is het verkeerd inschatten van risico’s. Soms worden de risico’s overschat. Het gevolg kan zijn dat het bedrijf veel geld investeert in risico’s die eigenlijk helemaal niet zo groot zijn, met geldverspilling als gevolg. Maar het omgekeerde gebeurt ook: dan wordt een risico onderschat en wordt het gevaar niet aangepakt, wat op termijn kan leiden tot ongevallen of ongewenste gezondheidseffecten. In het boek gaan we dan ook uitvoerig in op de juiste inschatting van de grootte van de risico’s.


Een typisch praktijkvoorbeeld: de klachten over binnenklimaatcondities. Die klachten worden vaak door een management als 'luxeproblemen' bestempeld. Dat is kortzichtig omdat we weten dat het klimaat op kantoor van grote invloed is op de productiviteit van de medewerkers. Bij een slecht binnenklimaat worden mensen niet echt ziek, maar ze worden duf en sloom en gaan meer fouten maken; de productiviteit kan daardoor behoorlijk afnemen. Bij het juiste binnenklimaat kan het zogenaamde’ grijsverzuim’ verminderd worden.


De doelgroep van ons boek is heel breed. Voor mensen die zo’n risico-inventarisatie uitvoeren, maar zeker ook voor mensen op de werkvloer, voor adviseurs en ondernemingsraden. Kortom: iedereen die op een of andere manier betrokken is bij de werkomstandigheden. 
Met het nieuwe boek proberen we de huidige tendens om te buigen en te bereiken dat de RI&E niet langer als last wordt gezien maar een positieve bijdrage kan leveren aan het veiliger maken van bedrijven.


Wim van Alphen en Dianne Verhage, Handboek Risicobeheersing, een stappenplan voor het maken van een RI&E.
Gebonden, 220 blz.
1e druk, 2011
ISBN 9789067205191

Plan van Aanpak