Persoonlijke aansprakelijkheid voor de bestuurder, de preventiemedewerker en de werknemer?
Het straf- of civielrechtelijk vervolgen van bestuurders wegens het niet nakomen van de zorgplicht is slechts in bijzondere situaties mogelijk. Twee (oud-)bestuurders van luchtfilterbedrijf AAF International in Emmen zijn strafrechtelijk veroordeeld omdat zijn hun werknemers jarenlang willens en wetens hebben blootgesteld aan een giftige stof. Hoe zit dit met anderen binnen een organisatie, zoals de preventiemedewerker of de werknemers?
De twee (oud-)bestuurders van het luchtfilterbedrijf uit Emmen krijgen een voorwaardelijke celstraf van zes en negen maanden. Daarnaast moeten zij een taakstraf uitvoeren van 240 uur.
Wat speelde er?
De werknemers op de glasafdeling van het bedrijf in Emmen zijn jarenlang (tussen 2008 en 2017) blootgesteld aan te hoge waarden van de stof formaldehyde. Dit is een giftige stof die irritaties aan de luchtwegen veroorzaakt en op lange termijn de oorzaak van neuskanker kan zijn. Werknemers van het bedrijf ondervonden hoofdpijn, benauwdheid en geïrriteerde ogen. In totaal gaat het om minimaal 81 werknemers.
Wat was de procedure?
Volgens de rechtbank hebben deze (oud-)bestuurders ernstig verwijtbaar gehandeld. Uit verschillende meetrapporten is naar voren gekomen dat de blootstelling aan formaldehyde ver boven de gestelde grenswaarden uitkwam. In drie rapporten van hun eigen arbodienst is geschreven dat het absoluut noodzakelijk was om verbetering door te voeren. De (oud-)bestuurders hebben desondanks geen maatregelen genomen om blootstelling aan de stof te voorkomen of te verminderen. Zo ontbrak er een goede ventilatie en was er geen beschermende kleding beschikbaar. Zij hebben de situatie bovendien verzwegen voor de werknemers, ondanks dat verscheidenen van hen kampten met gezondheidsklachten. De rechter stelt dat de (oud-)bestuurders opzettelijk een onveilige situatie op de werkvloer hebben gecreëerd en de regels uit de Arbowet hebben overtreden.
De werkgever heeft een vergaande zorgplicht
Bedrijven die werken met schadelijke of gevaarlijke stoffen hebben een grote verantwoordelijkheid jegens hun werknemers. Zij zijn verplicht ervoor te zorgen dat werknemers niet onnodig in een onveilige werksituatie belanden. Dit volgt zowel uit de Arbowet als uit artikel 7:658 BW. Indien de werkgever desondanks tekortschiet in het creëren van een veilige werkomgeving, is het uitgangspunt dat alleen de werkgever aansprakelijk is voor daaruit voortvloeiende schade. Dit is in casu ook gebeurd: het bedrijf in Emmen heeft boete gehad van 200.000 euro.
(Persoonlijke) aansprakelijkheid voor de bestuurder(s)?
Onder bijzondere omstandigheden is er naast aansprakelijkheid van de werkgever ook ruimte voor aansprakelijkheid van bestuurder(s). Voor het aannemen van zodanige aansprakelijkheid is vereist dat de bestuurder persoonlijk een ernstig verwijt kan worden gemaakt. Het antwoord op de vraag of de bestuurder persoonlijk een ernstig verwijt kan worden gemaakt, is afhankelijk van de aard en ernst van de normschending en de overige omstandigheden van het geval. In dit geval oordeelde de rechtbank dat de gedragingen van de twee (oud-)bestuurders dermate ernstig waren dat dit kon worden aangenomen. (Strafrechtelijke) vervolging vindt plaats op het moment dat de bestuurder weet, of redelijkerwijs moet weten, dat door een handeling levensgevaar of ernstige schade aan de gezondheid van werknemers ontstaat of te verwachten is. Persoonlijke aansprakelijkheid voor bestuurders of zelfs strafrechtelijke vervolging, is een uitzondering. Desalniettemin is bovenstaande casus een goed voorbeeld dat persoonlijke aansprakelijkheid van bestuurders – naast aansprakelijkheid van de organisatie – tot de opties behoort.
Persoonlijke aansprakelijkheid voor de werknemer(s)?
Een werknemer is volgens de wet in beginsel niet aansprakelijk voor schade die hij bij het uitvoeren van zijn werk veroorzaakt. Een werknemer kan slechts aansprakelijk worden gesteld op het moment dat hij/zij opzettelijk schade toebrengt aan personen of goederen of op het moment dat de werknemer zich bewust roekeloos gedraagt (bijvoorbeeld door het dragen van beschermende kleding te weigeren). De werkgever zal moeten bewijzen dat aan deze voorwaarden is voldaan, iets wat lang niet altijd lukt. Sanctionerend optreden kan onder omstandigheden wel. De werkgever doet er goed aan om een sanctiebeleid op te stellen met betrekking tot veiligheidsvoorschriften. Dit maakt het makkelijk(er) om sanctionerend op te treden jegens een werknemer die veiligheidsvoorschriften in de wind slaat. Zo blijkt uit recente jurisprudentie (Rechtbank Midden-Nederland, 13 januari 2021, ECLI:NL:RBMNE:2021:51) dat een werknemer die weigert een mondkapje te dragen op de werkvloer, hiervoor consequenties mag ondervinden. De werkgever heeft hem toegang tot de werkvloer ontzegd en zijn loon opgeschort.
(Persoonlijke) aansprakelijkheid voor de preventiemedewerker?
De preventiemedewerker binnen een organisatie is niet eindverantwoordelijk voor de veiligheid en gezondheid van de werkomgeving. Deze verantwoordelijkheid ligt altijd bij de werkgever (of zoals in bovenstaande uitzondering: bij de bestuurder(s)). De preventiemedewerker is daarom vrijwel nooit strafrechtelijk of civielrechtelijk aansprakelijk. Net als gewone werknemers kan de preventiemedewerker slechts aansprakelijk worden gesteld op het moment dat hij opzettelijk schade toebrengt aan personen of goederen of op het moment dat de preventiemedewerker zich bewust roekeloos gedraagt.
Artikel 13 lid 5 van de Arbowet geeft de preventiemedewerker de bevoegdheid om gevraagd en ongevraagd advies te geven over het Arbobeleid en een veilige werkomgeving vanuit een zelfstandige positie. De werkgever mag een preventiemedewerker nooit ontslaan vanwege een advies. Wat dat betreft geniet de preventiemedewerker dezelfde bescherming als een OR-lid. Een preventiemedewerker binnen een organisatie vervult een brugfunctie tussen de bestuurder enerzijds en de werknemers anderzijds. De preventiemedewerker speelt een belangrijke rol in de uitvoering van een goed arbeidsomstandighedenbeleid. Dit doet de preventiemedewerker door het bestuur te wijzen op eventuele risico’s binnen het arbeidsomstandighedenbeleid of door de werknemers te informeren over veilig werken, maar moet ook aanzetten tot maatregelen. Wanneer we het betrekken op bovenstaande casus, had de preventiemedewerker vragen kunnen stellen over de gezondheidsklachten van de werknemers, over het rapport van de arbodienst of over de slechte ventilatie. Bovendien had hij pro-actiever kunnen aanzetten tot het nemen van maatregelen zoals vervanging van de stoffen, afzuiging en ventilatie. Misschien had de onveilige situatie dan minder lang voortgeduurd.