Duurzame inzetbaarheid - Preventie

Van werkstress naar werkplezier: hoe regel je dat?

Ruim 1 miljoen burn-out klachten, 7,5 miljoen verzuimdagen door werkstress, werkdruk of te moeilijk werk en 2,7 miljoen werknemers die te maken hebben met te hoge werkeisen. De cijfers bevestigen het: werkstress is een hardnekkig probleem. Bijna 200 HR- en OR-vertegenwoordigers waren daarom donderdag 21 mei bijeen op het Landgoed Zonnheuvel in Doorn, waar de werkconferentie 'Van werkstress naar werkplezier: hoe regel je dat?' plaatsvond, georganiseerd door het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) en het Nederlands Focal Point voor Veiligheid en Gezondheid op het Werk.

 

Dagvoorzitter en journalist Wouke van Scherrenburg peilt het publiek: waarom zijn zij hier? Een medewerker van de Landelijke beroepsvereniging vertrouwenspersonen vertelt: 'Het is de laatste jaren bij ons veel drukker geworden. We horen van pesten, intimideren, seksuele intimidatie; het is altijd wat anders en heel erg afhankelijk van de branche. Wij hopen vooral dat mensen op de werkvloer met elkaar het gesprek aangaan.' De cijfers bevestigen dat beeld: een half miljoen mensen wordt op hun werk gepest.

 

Vier jaar lang campagne

Annemiek Wortman is projectleider duurzame inzetbaarheid bij het ministerie van SZW en is het afgelopen jaar nauw betrokken bij de campagne Check je Werkstress. Het doel van die campagne: kennisdeling over de risico’s van werkstress en het onderwerp bespreekbaar maken.

 

Of zij tevreden is over de resultaten van het eerste jaar van de campagne, is de vraag als zij het podium betreedt. Ja en nee. Wortman: 'Er waren twee doelstellingen: het onderwerp op de agenda krijgen en ruimte scheppen voor verbeteringen door middel van een goede dialoog en de juiste maatregelen. Dat eerste is zeker gelukt, dat tweede is erg moeilijk. Daar is een aantal jaar voor nodig. Vandaar dat de campagne ook vier jaar loopt'.

 

Onder de hersenpan

Maar wat is werkstress nu eigenlijk? Kunnen we wetenschappelijk aantonen hoe we het oplopen, wat daarvan de gevolgen zijn en hoe we er weer vanaf komen? Het college van Sabine Geurts, hoogleraar arbeid, stress en herstel aan de Radboud Universiteit, biedt opheldering.

                       

Zij vertelt over een onderzoek uitgevoerd onder rijexaminatoren. Op stressvolle dagen stond het lichaam om middernacht nog stijf van de adrenaline, het hormoon dat het lichaam aanmaakt in stressvolle situaties. 'En dat merkten ze', zegt Geurts. Ze sliepen slecht en stonden niet uitgerust op. 'Een dag houd je dat we vol, maar de volgende stressvolle dag maakt de herstelbehoefte nog groter. Het is een cumulatief proces van vermoeidheid met een burn-out als gevolg. 30% van de Nederlanders werkt structureel over, u kunt zich voorstellen hoe schadelijk dit op termijn voor de gezondheid is.'

                       

We gaan de diepte in. Want wat doet het brein eigenlijk in een stressvolle situatie? Zodra wij een 'stressor' waarnemen, maakt het lichaam het stresshormoon cortisol aan. Dat zorgt voor extra brandstof om de stress het hoofd te bieden. Vervolgens gaat er een signaal naar het slimme gedeelte van de hersenen (de hippocampus) die de stress afremt en het cortisolniveau omlaag brengt.

                       

Tot zover niets aan de hand; als het op stress aankomt reguleert het lichaam reguleert zichzelf. Bij chronische stress kan het brein de stress niet langer afremmen. Geurts: 'En dat merkt u. U kunt dan bijvoorbeeld minder goed dingen onthouden. De rem is eraf.' Als we 's avonds op de bank zitten, blijven we ons bovendien zorgen maken. 'Doordat wij blijven piekeren, denkt ons lichaam dat de stresssituatie er nog steeds is.'

 

Gelukkig is er is een goed - en aangenaam - middel tegen stress: slaap. 'Er gebeurt ontzettend veel in onze slaap', zegt Geurts. De negatieve effecten van stress worden verwerkt, het immuunsysteem wordt actiever. Stress en piekeren zijn extra schadelijk omdat ze de nachtrust verstoren. Tot zover de invloed van stress op ons lichaam, maar wat veroorzaakt stress? Geurts verwijst daarvoor naar wat in vakliteratuur de '4 A's van kwaliteit van arbeid worden' heet:

 

·         Arbeidsinhoud: kunnen wij het tempo en de omstandigheden van ons werk beïnvloeden en zo de autonomie en zeggenschap behouden?

·         Arbeidsomstandigheden: doen we lichamelijk zwaar werk of werken we in een ongemakkelijke houding?

·         Arbeidsrelaties: hoe is de werksfeer, en de omgang met de leidinggevenden of collega's?

·         Arbeidsvoorwaarden hebben we zicht op beloningen, loopbaanperspectieven? Wat is de verhouding tussen werk- en rusttijden?

 

'Het werk is de laatste 10 jaar enorm veranderd', zegt Geurts. Ze noemt ICT-ontwikkelingen die ons werk complexer maken, en de groei van de dienstensector die emotioneel belastend is. En ook aan flexibilisering kleven risico's.' Want flexibiliteit mag prettig zijn, maar er zit een addertje onder het gras: De begrenzing van arbeidstijden is verdwenen, terwijl de targets nog even scherp zijn.

                       

Geurts komt daarom met een toevoeging aan de campagne. 'Juist de werkgever heeft de wettelijke verplichting om op zoek te gaan naar de oorzaken van werkstress en deze te beperken. Een burn-out komt nooit uit de lucht vallen.' Zij raadt aan om instrumenten als de risico-inventarisatie & -evaluatie goed te benutten om met werknemers in gesprek te gaan. Ook draagt de werknemer verantwoordelijkheid. Werk bijvoorbeeld niet structureel over, beperk het piekeren en slaap goed. Voldoende lichaamsbeweging helpt de hersenen stressoren beter te verwerken. 

 

Flexwerkers

Na de pauze gaan de aanwezigen onder leiding van experts in workshops zelf aan de slag. Anneke Goudswaard, adviseur voor TNO, leidt een tafelgesprek over de samenhang tussen werkstress en flexibilisering, en over de vraag hoe stress te voorkomen is. Als onderzoeker houdt zij zich al 20 jaar bezig met flexibiliseringvraagstukken.

           

Onder de aanwezigen zijn mensen uit het openbaar bestuur en de zorg. Een medewerker van de provincie Utrecht vertelt over de impact van het 'flexibele' nieuwe werken bij haar op de werkvloer. 'Je ziet dat mensen zich steeds meer zelf moeten redden. Allerlei ondersteunende taken verdwijnen. Die moeten mensen zelf oppakken. Die taken kosten veel tijd omdat je er geen routine kunt opbouwen. Dat veroorzaakt veel stress.'

           

In de thuiszorg is stress aan de orde van de dag, vertellen drie dames die zitting hebben in de ondernemingsraad van hun organisatie. 'Mensen met een tijdelijk contract staan onder grote druk maar durven niks te zeggen omdat ze bang zijn voor hun baan.'

 

Kortom, ook flexwerkers mogen niet vergeten worden bij de aanpak van werkstress. Daarom brengt Goudswaard de oorzaken en gevolgen van en buffers tegen werkstress voor de deelnemers in kaart aan de hand van het Werkdruk Model van TNO:

 

Individuele factoren kunnen de werkdruk verhogen. Flexwerkers scoren bijvoorbeeld laag op bevlogenheid, en een groot deel van de oproepkrachten werkt onder zijn of haar niveau.

 

Van invloed op de werkdruk zijn ook:
- De werkcontext (bijvoorbeeld zorgen om baanbehoud) en werkinhoud (flexwerkers krijgen doorgaans het minst uitdagende werk). 
- Regelmogelijkheden (flexwerkers ervaren weinig autonomie binnen hun werk).

 

Gevolgen zijn werkstress, soms met lange termijn effecten.

 

Buffers tegen stress worden nog te weinig benut. Zo hebben flexwerkers weinig perspectief om zich door te ontwikkelen: veel uitzendkrachten en oproepkrachten geven aan dat leidinggevende ontwikkeling van kennis of vaardigheden niet stimuleert. Ook krijgen uitzendkrachten minder sociale steun van leidinggevenden en collega's.

 

'Flexwerkers hebben veel minder functionele steun van collega's of leidinggevenden', zegt Goudswaard. 'Zij kunnen het vroeg signaleren als iets niet goed gaat, dus dat is een belangrijke buffers tegen werkstress. Tegelijkertijd komen leidinggevenden door nieuwe, flexibele werkvormen steeds verder op afstand te staan. Verzuim registreren wordt daardoor bijvoorbeeld veel lastiger. 'Ik ken mensen met stressklachten die zich niet ziek melden', zegt de medewerker van de provincie Utrecht. Ook flexwerkers moeten daarom actief betrokken worden in werkoverleggen en vormen van medezeggenschap, benadrukt Goudswaard. 'Ook met flexwerkers moet je het gesprek aan gaan: Hoeveel mensen zijn er de komende periode nodig? Hoe zien de roosters eruit? Maak het onvoorspelbare voorspelbaar.'

           

‘Manage je energie, niet je tijd’

In een andere workshop is Martin Hersman aan het woord. Martin Hersman was in een vorig leven als schaatser specialist op de 1500 meter, maar vanmiddag vertelt hij over vitale organisaties. Namens opleidingsinstituut De Baak denken hij en zijn publiek na over manieren om vitaal te blijven. Want vitale mensen maken een organisatie wendbaar en weerbaar, weet Hersman. 'Bevlogen bedrijven zijn 18% productiever.'

           

'Stress is een bedreiging van vitaliteit', zegt Hersman. 'Je kunt dat tegengaan, maar daar is discipline voor nodig.' Hij toont een diagram met daarop een curve die in het midden piekt. 'Dit laat ik ook aan sportende kinderen zien. Je hebt spanning nodig om te presteren, maar hoe langer de spanning aanhoudt, hoe minder je presteert.'

           

Een andere dia laat zien hoe verschillende werksituaties beïnvloeden hoe succesvol en gezond je werkzaamheden zijn. Positieve energiebronnen leiden tot bevlogenheid, terwijl negatieve energie en stressoren leiden tot een burn-out. Kortom, zegt Hersman, 'manage je energie, niet je tijd.'

           

Leidinggevenden spelen daarbij een belangrijke rol. Zo blijkt uit onderzoek van De Baak dat 28% van de leiders van medewerkers verwacht dat zij 24 uur per dag bereikbaar zijn. 's Avonds je e-mail lezen gaat echter ten koste van je slaap, zegt Hersman. En slechts 2,5% van de mensen presteert nog goed bij minder dan 7 uur slaap.

 

Belangrijker nog is dat je goed weet wat jouw energie geeft. Om dat te ontdekken gaan kleine groepjes met elkaar in gesprek over hun persoonlijke energiebronnen. Na een kwartiertje brainstormen zit het whiteboard vol gele plakbriefjes. Op één daarvan staat: 'Maximaal twee keer per dag mijn mail checken.' Een ander noemt zingeving als energiebron. Hersman: 'Als je van jezelf weet dat je daar energie uit haalt kan je anderen dat laten weten. Dan kan je beter gebruik maken van je talent.'

           

Nog een belangrijke energiebron, die vandaag al vaker genoemd werd, is voldoende beweging. 'Hoeveel mensen komen dagelijks aan 30 minuten beweging?', vraagt Hersman. 'Als je weinig beweegt, stress hebt en af en toe biertje drinkt komt op je vijftigste de klap.'

 

Praktische tips en tools

Ook de zes andere workshops gaan over manieren waarmee je binnen je bedrijf aan de slag kunt gaan werkstress te voorkomen of terug te dringen. Zo zijn er rondetafelgesprekken over goede praktijken, en gaan experts in op de verhouding tussen werk en privé. In weer andere zalen gaat het over het aangaan van de dialoog, waarbij de gespreksleidraad en de koerskaart als praktische instrumenten centraal staan. Ook valt er veel te leren over ongewenst gedrag op de werkvloer, de invloed van reorganisaties op werkstress en de business case van het treffen van maatregelen tegen werkstress.

 

Afsluiting

Ter afsluiting van de middag verzamelen de aanwezigen in de plenaire zaal voor een interview met Jos de Lange, manager van het Nederlandse Focal Point. 'Het viel me op hoe gedreven iedereen', zegt hij tevreden. En dat is maar goed ook. 'De cijfers laten zien dat werkstress een probleem is dat alleen maar groter wordt. Helemaal in Nederland, waar zoveel mensen in de dienstensector werken.'

           

 

De campagne blijft daarom doorgaan, benadrukt hij. Van 16 tot en met 19 november is er opnieuw de werkstress week, die vorig jaar veel aandacht kreeg. De Lange: 'Ik wil iedereen oproepen om ook dit jaar weer mee te doen en aan de slag te gaan met werkstress in zijn of haar bedrijf.'


Source URL: https://www.werkenveiligheid.nl/preventie/duurzame-inzetbaarheid/van-werkstress-naar-werkplezier-hoe-regel-je-dat